Tag Archives: scheldwoorden

schijtlaars

Ouderwetse scheldwoorden zijn vaak grappig. Zoals ‘schijtlaars!’ Dat betekent lafaard. Eigenlijk was het best zielig. Want soldaten die vluchtten hadden echt schijt in hun laarzen. Ze hadden het echt in hun broek gedaan van pure angst, of nou ja, in hun laars dus.

Vraag eens aan een opa of oma hoe zij scholden vroeger. Een vraagje om mee te beginnen: tegen wie hebben ze ooit:

‘Kwezel!’  of ‘Kwast!’ gezegd?

Weet je wat ik pas hoorde? Op Madagaskar schelden boeren hun koeien uit in het Frans. Gek hè? Want zelf praten ze Mallegashi.

Kun je nagaan hoe de Franse bazen daar vroeger praatten! Dat zegt Nico Besnier en die kan het weten want die deed onderzoek daar.

femelarij

Een dame in de achtbaan hoort een stem door de luidspreker. Ze roept: Eufemistische femelarij. Dat betekent vaag gewauwel om iets goed te praten. Nederlandse woorden voor vervelend gepraat zijn: gewauwel, gezemel, geleuter, gebazel, gekeuvel, geklets, kletspraat, zotteklap, geslijm, prietpraat, gefiep, gebabbel, gezeur etc. Het is wel beledigend om zo’n woord te gebruiken.
stripgeluid

onaardig

Scheldwoorden? Dat is wel grof. Wie vraagt: ‘Wat is dat nou weer voor een kletspraat?’ klinkt ook onaardig.

Zet in volgorde van ‘gaat wel’ naar superonaardig:
gezemel, geleuter, gebazel, gekeuvel, geklets, kletspraat, zotteklap, geslijm, prietpraat, gefiep, gebabbel, gezeur, gehakketak, geëmmer, geneuzel, gezaag, getetter, gebrom, gemopper, gefluister.